Zaterdag 22 december, de voorlaatste clubrit van dit jaar, stonden er weer twaalf Lapjes en drie gasten op de stoep. Nieuwkomer was Frank, de man die iets met de dochter van WD60- doet, op een oude fiets (moet je het leren)van zijn schone vader mocht hij mee voor een rondje wat hem nog lang zal heugen.
Over gladde wegen, van de vallende sneeuw uit de bomen, en bevroren paden doken wij de bossen in. Oppassen geblazen dus voor bevroren plassen en moddergaten, maar wel genieten van de prachtige omgeving voor degene die daar oog voor had.
Bij de eerste beste klim, nou klimmetje is nog een groot woord, viel het voorin stil waardoor de laatste man al bijna stilstaat. En als je dan niet op tijd geschakeld hebt kom je in de problemen. Zo ook Rein net voor mij “doortrappen riep ik” en vervolgens trapt hij de ketting doormidden en viel hij om, en ik nog bijna boven op hem. Nu is Rein nogal technisch aangelegd dus was het probleem ondanks de kou vlot verholpen.
Na de herstart kwam het tempo er ondanks een paar domme rondjes langzaam maar zeker in en werd ik net lekker warm toen het volgende probleem zich aan diende. Biston, op een leenfiets van de fietsenmaker, verloor zijn derailleurwieltje en was dus zijn aandrijving kwijt. Met de goedbedoelde tips van de Lapjes en het vooruitzicht naar huis te lopen ging hij op zoek naar de verloren onderdelen, en met gedeeltelijk succes. Het Wieltje werd gevonden maar het boutje niet, dus de ketting zo gezet dat hij wel kon rijden (naar huis) maar niet moest schakelen.
Bang alleen in het grote bos te verdwalen ging hij toch weer met ons mee maar nog geen kilometer verder hobbelde de ketting er weer af. Enkele sociale Lapjes, Martin, Leon en Rein, wilden hem wel begeleiden tot buiten het enge bos. Het elftal ging verder om weer warm te worden.
“Pas goed op voor de bevroren sporen” waren de wijze woorden van WD60- aan het adres van Frank geweest. Het waarom demonstreerde WD60- even later hoogstpersoonlijk zelf, met een fraaie duik van hem en een mooie salto van zijn fiets testte hij de veerkracht van de bodem, 0.0. Met een van pijn vertrokken gezicht hielp ik hem weer op de been en na een kreupel rondje en flink wrijven (waarvoor is mij onduidelijk) klauterde hij weer op zijn fiets.
Konden we nu eindelijk doorrijden……nee dus……, telefoon van de sociale Lapjes, het probleem was opgelost……………………. Een bidonboutje hield nu het wieltje op zijn plaats, hulde aan Rein.
Op naar het verzamelpunt “de bananenbult”
Onderweg hiernaartoe lag er nog een grote waterplas met een laag ijs op ons pad te wachten. Een enkeling waagde zich op het gladde ijs en behoedzaam stuurden zij over de tientallen meters lange ijsbaan. Als zij dat kunnen moet ik dat met mijn spikes in de banden ook kunnen dacht Houtlul, niet als je iets te wild stuurt dus. Met een mooie schuiver schoot zijn achterwiel weg en testte ook hij de veerkracht van de ondergrond, 0.0, maar het ijs hield het wel ………..jammer genoeg.
Toch een voordeel als je eens een keer achteraan fietst, je ziet nog eens wat.
Op de bananenbult was het nog erg stil totdat wij daar aankwamen en om niet te veel af te koelen werd er door menigeen nog een rondje gereden om warm te blijven. De vijftigplussers wachten sociaal op de socialen. En nadat alle schapen weer tezamen waren konden we inmiddels weer richting Voassen, geen dag die de boeken ingaat vanwege de kilometers of topprestaties, maar wel weer gezellig.
Op de terugrit vielen er wel erg grote gaten, gevormd door de Jantjes zonder spiegels op kop en Frank aan de staart, de beste jongen zat er na een prima begin helemaal door. De finale was weer een makkie voor ondergetekende en omdat de kantine i.v.m. Diekerstompotvreten gesloten was werd er genietend van de ondergaande zon Vaassen binnengereden.
Paparazzi
Terwijl bijna iedereen voor de gebruikelijke finale nog een tandje bij schakelde, reden Wil, Frank en Ruud hun Ouwe-Lullen-Woestijnweg-Finale.
Maar nog voor ze het bos uit waren viel Frank geheel stil. Het was hem compleet zwart voor de ogen geworden en pas na enige (schoon)vaderlijke adviezen had hij weer voldoende moed en energie verzameld om op de fiets te stappen. Op de verharde weg aangekomen wilde het tempo maar nauwelijks boven de 13 km/u komen, dus hebben de twee oudjes hun handen op de ferme jongemannenbillen geplaatst en hem zo afgeleverd bij zijn schoonmoeder. Gedronken ijskoud water was volgens Frank de grootste oorzaak van deze complete inzinking. Dat zou dus 's avonds dunne schijterij worden volgens Wil, wat weer het voordeel had dat er voldoende jus voor het Diekerstamppotbuffet zou zijn. "En so heb ieder nadeel weer sijn voordeel".
KoGaatje