Donderdagmorgen
8 september vertrokken Erik, Erik, Igno, Jan en Ruud vanaf de
Hongerstraat (een kopje koffie kon er nog af) naar de Eifel.
De fietsen, kleding, etenswaren en overige troep in de bus van
Erik (van Houthum voor al uw verbouwingen) en de mensen
bij andere Erik in de personenwagen. Het weer was prachtig en
om half twaalf stonden we al bij de locatie in Rommersheim die
vorig ook gebruikt was. Uitladen, eten en omkleden. Gefietst
moest er worden. Een route richting Luxemburg werd uitgezet.
De mooie kaart van de Eifel in stukken gesneden, de bidons gevuld
en de bandjes opgepompt.
Mooie wegen zijn het daar in de Eifel en om ze mooi te houden
moet er dus regelmatig geasfalteerd worden en dat betekent dan
“Umleitung” en de eerste was er al na 15 kilometer.
Op de gok doorgereden en dat leverde een gesproeide betonweg
op en dus vieze fietsen en kleding. Als echte plattelandsjongen
had Erik H. nog maar weinig bulten opgefietst. Enthousiast (of
was het onbezonnen) vloog hij erin, maar dat zou nog wel afgestraft
worden. In Luxemburg werd pauze gehouden bij een Tankstelle
om daarna een lange klim richting Clervaux te nemen. Hierna
werd nog menig afdaling, uiteraard weer gevolgd door een klim,
genomen. Het was warm en alweer een Umleiting verder schoten
we niet echt op. Afzien met een hoofdletter A werd het. Eindelijk
bereikten we Prüm om daar een slotklim van 14% voor de
kiezen te krijgen. De namen van degenen die niet fietsend bovenkwamen
zullen we niet noemen. Terwijl de zon al bijna onder was kwamen
we bij ons huis aan. Die avond werd er laat gegeten.
(13.30-19.45: Pronsfeld-Dasburg-Clervaux(L)-Lützkampen-Lichtenborn-Niederprüm
116.9km).
Vrijdag stond iedereen vol goede moed op. Het leed van de vorige
dag was alweer bijna vergeten en vandaag zou België meegepikt
worden. Na een klein stukje over een drukke weg werd de stilte
van de Eifelwegen weer opgezocht. De bananenpauze vond plaats
in het Belgische Manderfeld, bij een oorlogsmonument, waarmee
meteen het culturele gedeelte van de reis achter de rug was.
In een lange, mooie afdaling naar Schönberg begon het te
spetteren. Hier maar gekozen voor de Kaffee mit Kuche. Al de
tijd dat we binnen zaten bleef het droog, maar toen we weer
5 minuten onderweg waren braken de hemelsluizen open. Even boden
de bomen nog beschutting, maar uiteindelijk was iedereen zeiknat.
Gelukkig klaarde het langzaam op en was het ook niet echt koud.
Gekozen werd om via de kortste weg terug te rijden. Igno ontpopte
zich als een prima nat-weer-klimmer en een wat mindere nat-weer-daler.
Soms voorzichtig met de voetjes aan de grond ging hij naar beneden.
Dat een Trekfiets daarop niet berekend is vergat hij even. Door
de nattigheid hielden enkele tellertjes er mee op en Ruud dan
eigenlijk zinloos aan het fietsen is, alleen het degelijke materiaal
van Jan kon de wateroverlast aan. Voor de slotklim vanuit Prüm
werd de lange, dus minder steile versie gekozen en nu kwam iedereen
zonder problemen boven. Dat er weer zo laat gegeten werd lag
niet aan chefkok Erik B., maar aan de après-velo op het
balkon.
(11.30-16.00: Olzheim-Hallschlag-Manderfeld(B)-Schönberg(B)-Bleialf-Prüm.
66.5km).
Zaterdag werd voor een route naar het oosten gekozen. Vanuit
Birresborn volgde een lange, mooie weg naar Salm (8km en bekend
van eerdere Eifeltochten). Steil in het begin, overgaand in
vals plat, om tenslotte glooiend te eindigen. Ruud mocht deze
bult op zijn conto schrijven, maar dat Erik H. op 6 minuten
gereden werd had beter niet gezegd kunnen worden want de wraak
zou vreselijk zijn. Koffie met pruimentaart in het mooie Manderscheid,
waar nog even de ruïne bekeken werd, waarmee meteen het
toeristische gedeelte van de reis achter de rug was. Ondanks
donkere wolken en wat onweer hielden we het de hele tocht droog.
Weer een lange klim over nieuw asfalt bracht ons naar de finale
van deze dag. Een ontketende Erik H. liet zien dat je met wat
klimwerk in de Veluwse bossen en wat sparen in het begin ook
een heel eind kunt komen.
(11.30-16.45: Birresborn-Weidenbach-Mandersfeld-Meisburg-Neustrassburg
84.1km).
De zondag begon met regen, maar na het ontbijt klaarde het toch
op. Gekozen werd voor een route die op ieder moment afgesneden
kon worden als het weer zou gaan verslechteren. Gelukkig gebeurde
dat pas in de laatste twee kilometers. Onderweg werd strijd
geleverd met 2 Duitse fietsers, die na een tijdje in ons zog
gereden te hebben dachten te kunnen demarreren. Mooi niet dus.
De tweede helft van de rit kende korte, steile klimmetjes die
op de macht genomen konden worden. Hier werden in korte tijd
wielerego’s opgebouwd om bij de volgende bult weer afgebroken
te worden. Bij terugkomst in Rommersheim stond ons aller paparazzi
Sander bij de deur om een kopje koffie te zeuren. Op zijn fiets
met hulpmotor was hij een weekend op pad geweest.
(naschrift
Sander: Of het echt van harte
was???? Het duurde een eeuwigheid voor de koffie door was en
dan ook nog een eeeerrrrruuug sterk bakkie, maar wel met een
lekkere stroopwafel. Bedankt jongens we hoefden niet uit de
broek, maar ik heb niet zo geleden als jullie op al die col´s,
nog nooit zo makkelijk omhoog gereden.)
(11.40-14.10: Büdesheim-Hillesheim-Wiesbaum-Steffeln-Fleringen
64.5km)
Terwijl het nu constant regende werden de spullen weer in de
bus geladen (van Houthum ook voor uw renovaties) en
begon om kwart voor vier de terugreis. Om iets naar achten zaten
we hongerig bij de chinees in Vaassen.
Ruud Sleper
|